Jacob Obrecht
De meeste wereldlijke liedekens van Obrecht kunnen niet meer gezongen worden, bij gebrek aan tekst. Maar… verloren teksten zijn te reconstrueren.
In het geval van Obrecht kon in elk geval de vorm van de verzen worden gereconstrueerd: de accenten, het versritme en tot op zekere hoogte het rijm. Dat zijn tamelijk abstracte factoren, maar ze zijn tastbaar te maken met behulp van dummy-verzen, of ‘skimmies’ zoals de dichter Willem Wilmink ze noemde. Het zijn betekenisloze verzen die als enige verdienste hebben dat ze precies op de muziek passen. Dichten met behulp van skimmies is een techniek die door liederendichters in de lichte muziek veelvuldig wordt toegepast.
De aldus uitgeteste skimmies zijn vervolgens aan een echte dichter aangeboden. We waren het er binnen Camerata snel over eens dat dat de beroemde Nederlandse dichter Gerrit Komrij moest zijn. Komrij heeft zich altijd een warm pleitbezorger van oudere Nederlandse literatuur betoond en heeft zich met name voor de rederijkers sterk gemaakt.
Gerrit Komrij nam de uitdaging aan en schreef gedichten die perfect passen op Obrechts muziek. Maar ze passen ook perfect in de gedachten- en vormenwereld van de rederijkers, dezelfde wereld als die van Jeroen Bosch en Pieter Brueghel. En ze passen perfect in het oeuvre van Komrij zelf: de teksten zijn geen historiserende opvulsels geworden maar prachtige gedichten in hedendaags Nederlands, komisch of ontroerend, vaak met een onverwachte wending tegen het einde. Echte Komrijs. Al doende hebben we het gehele bekende wereldlijke repertoire van Obrecht opgenomen.
.
‘Komrij leverde prachtig werk af, nu eens ontroerend, dan weer grappig of uitgesproken schunnig. Misschien is dit wel de meest geslaagde opname uit de geschiedenis van Camerata. Levendiger kan met oude muziek niet worden omgesprongen.’
— De Telegraaf